Eens in de zoveel tijd blikt een bestuurslid terug op wat we allemaal hebben beleefd. Deze keer is het de eer aan secretaris Emma Brugman.
Wacht wat? Jij? Bestuur? Hoe dat zo? Ken je de strips van Donald Duck? En dan specifiek de wetenschapper Willie Wortel? Hij heeft een vriendje en dat is een lam je. Beeld je diein boven mijn hoofd op een zekere zaterdagavond in april. Maar ik zal je eerst meenemen naar het moment dat daartoe geleid heeft.
Ik ging, als getrouwe Awateraar, mee naar Bilbao afgelopen jaar. Het was meer dat ik dacht ‘nou ja, dan ontdek je nog eens iets van de wereld en beter wel doen en spijt hebben dan niet doen en spijt hebben toch?’ Dus zo geschiedde! Ik ontmoette die week meer eerstejaars dan ik in dat afgelopen jaar had gedaan en ze waren all maal zo lief en gezellig! Voor bestuur XXX was deze week ideaal om mensen te sprokkelen die het bestuur in konden gaan. Dus natuurlijk probeerde ze het ook bij mij. Maar ik zei stellig, half-lacherig: ‘Nee joh, das echt helemaal niks voor mij!’ en daarmee was de kous af.
Op de terugweg zat ik samen met Megan in de trein en probeerde ik haar ervan te overtuigen dat ze het bestuur in moest. ‘Het komt op je pad. Beter proberen en afgewezen worden dan niet proberen en spijt ervan hebben toch? Wat is het ergste wat er kan gebeuren? Waarom niet?’ En zo ging ik nog wel even door. Uiteindelijk stelde ze de vraag terug. ‘En jij dan? Waarom ga jij het bestuur niet in?’ Weer lacherig wuifde ik de gedachte weg, letterlijk. Ik herhaalde weer: ‘Nee joh, das echt helemaal niks voor mij!’ Ik vertelde haar over mijn strakke planning, hoe ik na volgend jaar de opleiding af wilde hebben en hoe feestjes helemaal niets voor mij waren. Daarna gaven we elkaar een knuffel. En zo was het. Totdat ik die avond in mijn bed de hectische maar super gezellige week aan het doornemen was, tot ik bij ons treingesprek kwam. Ik schoot overeind in mijn bed, smeet de deken van me af, rende naar mijn moeder en riep, buiten adem: ‘Ik word de volgende secretaris van Awater, ik word de volgende secretaris van Awater!’ Mijn moeder, even sprakeloos, antwoordde: ‘Heb je koorts? Ga nou maar slapen.’
En toen, zo’n twee maanden later, hoorde ik op de wissel-ALV Finette mijn naam noemen. Alle handen gingen in de lucht en de hamer kwam met een zachte bons op de tafel. Het was besloten, ik wás de nieuwe secretaris van Awater. Ik bén de secretaris van Awater! En tot op de dag van vandaag voelt het alsof ik nog steeds droom. Het is de beste droom ever, het mooiste geschenk ooit en het spannendste avontuur tot nu toe!
Vanaf de KB-periode begon de hectische en magische tijd al. Ik heb in die twee maanden meer colleges geskipt dan in mijn gehele schoolcarrière tot dan toe. Ik moest ongelooflijk vaak en heel snel switchen tussen bestuur van Awater, mascotte medewerker op een kinderpark en student Nederlands in Utrecht. Want je kan het in alle hectiek van notulen maken, activiteiten bijwonen, eerstejaars welkom heten, pizza op de kamer eten, ledenmails schrijven, mail bijwerken, bier op je krijgen, fietsen in Utrecht en al wat niet meer bijna vergeten, maar ik studeer officieel ondertussen ook nog. Helaas heb ik deze blog wel de voorkeur laten geven op leren voor een tentamen. Als je moet kiezen tussen Awater of een studie volgen, kies je altijd voor Awater natuurlijk.
Maar als je mij vraagt: ‘Wat vind je nou het allerleukste van een bestuursjaar?’ Dan antwoord ik, cliché of niet, mijn superlieve, geweldige, fantastische nieuwe familie: Emma, Megan, Lucas en Ienas! Wat er ook gebeurd, hoe slecht ik me ook voel, hoe gestresst ik ook ben, ik weet dat ik ze elke week (al is het maar tijdens vergaderingen) zie! En dat is een vooruitzicht dat me door elke donkere tijd heen sleept! Want familie kies je niet, die heb je voor het leven! En ik weet zeker dat dat ook voor deze fantastische familie zal gelden! Lieve, lieve xxxietjes, jullie maken het leven zoveel beter!
Liefs,
Jullie secretaris Emma